“Verduurzamen is een ingewikkelde transitie die niet in een rechte lijn verloopt,” legt Taconis uit. “Er is nog veel uit te zoeken en te leren. Door ook onze uitdagingen te benoemen, zetten we de deur open voor samenwerking.” Externe beoordelingen, zoals het B Corp-keurmerk of het MVO Register, spelen daarbij een belangrijke rol. “Die externe blik houdt ons scherp en helpt ons prioriteiten stellen. Het is prettig als een onafhankelijke partij je een spiegel voorhoudt. Zo blijf je continu verbeteren.”
Volgens Taconis draait verduurzaming van de zorgsector uiteindelijk om samenwerking. “Nog te vaak zie je dat organisaties vanuit hun eigen eiland werken. Vaak met goede individuele initiatieven, maar echte vooruitgang bereik je alleen als je die eilanden verbindt door bruggen te bouwen en open gesprekken te voeren.”
Ze geeft een voorbeeld: “Stel, wij ontwikkelen een duurzamer geneesmiddel of verpakking. Dan zou het mooi zijn als duurzaamheid ook als criterium meeweegt bij de inkoop door zorgverzekeraars. Als dat niet gebeurt, bereikt de innovatie de patiënt mogelijk niet. Betaalbaarheid en beschikbaarheid zijn cruciaal, maar duurzaamheid moet daar echt een volwaardig criterium naast worden.”
In gesprekken met stakeholders merkt Taconis dat openheid vertrouwen schept. “Veel mensen verwachten van onze sector geen transparantie. Maar zodra ze zien dat we eerlijk zijn over wat lukt en wat niet, verandert de toon. Het gesprek wordt opener en samenwerking komt sneller op gang.”
Dat is nodig, benadrukt ze, want de sector kampt nog met scepsis. “Soms twijfelen mensen of ze wel met ons in gesprek moeten. De enige manier om dat te doorbreken, is door consequent te laten zien wat we doen en waar we hulp bij nodig hebben.”
Het MVO-rapport van Chiesi laat zien dat duurzaamheid stevig is ingebed in de organisatie. Alle medewerkers hebben een duurzaamheidsdoelstelling in hun functieprofiel en resultaten tellen mee in de beloning. “Duurzaamheid is geen nice to have, maar een need to have”, zegt Taconis.
Een belangrijk doel is de ambitie om in 2035 volledig klimaatneutraal te zijn. “Scope 1 en 2, zoals ons wagenpark en energiegebruik, pakken we uiterlijk in 2030 aan. Maar de grootste uitdaging zit in scope 3: de keten. Daarvoor hebben we leveranciers en partners nodig. Daarom werken we met instrumenten als EcoVadis om samen verbeteringen door te voeren.”
Een leerzaam traject was het werken aan duurzame verpakkingsoplossingen. Studenten onderzochten waarom er in Nederland nog geen succesvolle recyclingstructuur bestaat. “Hun conclusie was helder: schaalgrootte en samenwerking zijn essentieel. Je kunt als bedrijf niet in je eentje een landelijk systeem opzetten. Het klinkt logisch, maar het hielp dat zij ons dit nog eens duidelijk voorhielden. Dus de volgende stap voor ons is om dit samen met andere partijen in de sector en keten op te pakken”
Ook in productontwikkeling wordt duurzaamheid vroeg meegenomen. “Product Carbon Footprint Analyses en green design tools kijken we naar de milieu-impact van nieuwe geneesmiddelen. Maar zolang elk bedrijf dat op zijn eigen manier doet, blijft het versnipperd. Uiteindelijk hebben we gezamenlijke standaarden nodig om echt een stap vooruit te zetten.”
De blik vooruit is ambitieus. Chiesi onderzoekt de mogelijkheid om in Nederland de rechtsvorm van een Benefit Corporation in te voeren, zoals in Italië en Frankrijk al kan. “Dat zou betekenen dat we ons niet alleen financieel, maar ook juridisch verplichten om maatschappelijke en ecologische waarde te creëren. Zo’n stap laat zien dat duurzaamheid structureel verankerd is in wie we zijn.”
Daarnaast wil het bedrijf meer inzetten op circulaire oplossingen en hergebruik van materialen, ondanks complexe regelgeving rondom geneesmiddelen. Europese richtlijnen geven richting en snelheid. “Er zijn nog veel vragen, maar het is duidelijk dat we deze weg moeten inslaan.”
Wat hoopt Taconis dat andere partijen meenemen uit dit verhaal? “Wij zijn niet uniek. Alle bedrijven in de sector zijn meer en meer met duurzaamheid bezig. Mijn wens is dat we elkaar vaker opzoeken en samen onderwerpen oppakken. Wacht niet tot alles perfect is, maar begin. Je leert al doende. Als we elkaar weten te vinden, kunnen we echt impact maken.”