08-10-2019

Jaarcongres NVFG in teken van Predict & Prevent

Met geneesmiddelen afgestemd op het persoonlijke DNA-profiel zijn er minder bijwerkingen, is de therapie effectiever, patiënten meer tevreden en de zorgkosten uiteindelijk lager. Screening vooraf, met een DNA-paspoort (genotypering) kan daar aan bijdragen.

Dat zei Ron van Schaik, van het Nederlands Expertisecentrum Farmacogenetica, dinsdag 1 oktober tijdens het Jaarcongres van de Nederlandse Vereniging van Farmaceutische Geneeskunde (NVFG) in Veenendaal . Het congres had als thema ‘Prevention is better than cure’.

Genotypering
Kahraman Algür, Global Safety Manager (verantwoordelijk voor patiëntveiligheid) bij Amgen Nederland en voorzitter van de NVFG Event Commissie, is enthousiast over het idee van het DNA-paspoort dat Van Schaik presenteerde op het congres. ‘Geneesmiddelenontwikkeling is aan zeer veel wet- en regelgeving gebonden. Het duurt jaren voordat een geneesmiddel voldoende werkzaam én veilig genoeg is voor gebruik. Maar vervolgens doen we alsof alle patiënten hetzelfde zijn. Een behandeling gericht op de specifieke patiënt is essentieel voor de beste uitkomst van de behandeling. Genotypering vooraf kan ervoor zorgen dat patiënten het juiste middel, op het juiste moment in de juiste dosering krijgen toegediend’, zegt Algür in een terugblik op het congres.

Hoe werkt het?
Ron Van Schaik pleitte in zijn lezing voor een DNA-paspoort voor iedereen, al voordat men eventueel ziek wordt. Een aantal apotheken biedt dit zelfs al aan. Hoe werkt het? Met een wattenstaafje wordt speeksel afgenomen. Hiermee krijg je inzicht in de werking van (lever)enzymen in het menselijk lichaam. Hoe specifieker de kennis is over de werking van deze enzymen, hoe meer grip op de werking van geneesmiddelen. ‘Of nog een stap verder, op basis van deze gegevens, kan je de ideale dosering bepalen voor de patiënt die je voor je hebt’, aldus Van Schaik.

Personalized medicine
Het is volgens Algür jammer dat deze vorm van personalized medicine nog niet breed wordt toegepast. ‘Terwijl je hiermee de effectiviteit van een geneesmiddel verhoogt en misschien nog belangrijker, bijwerkingen voorkomt’, zegt hij. ‘Van alle ziekenhuisopnamen wordt zo’n 5-7% veroorzaakt door bijwerkingen op medicatie. Naast menselijk leed, kost dat veel geld.’ Met een bijkomend nadelig effect: patiënten gooien een geneesmiddel weg als het niet (voldoende) blijkt te werken, en daarmee komen medicijnresten in het milieu terecht.

Vaccinatie
Een krachtig preventiemiddel tegen infectieziekten zijn vaccinaties. Gerre Vermeulen, medisch adviseur van het Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu (RIVM), benadrukte in haar lezing het belang van het vaccineren van kinderen. ‘Door social media circuleren er veel spookverhalen over vaccinaties; er wordt van alles geroepen’, zegt Algür. ‘Maar niemand is er op uit om jonge kinderen ziek te maken, vaccinaties zijn juist bedoeld om te voorkomen dat ziekten vrij spel krijgen.’ Er wordt niet lichtzinnig een besluit genomen over opnamen van vaccins in het Rijksvaccinatieprogramma, legt Algür uit. De staatssecretaris van VWS neemt uiteindelijk het besluit over de positionering en financiering van een vaccin in het zorgstelsel, na advies door de Gezondheidsraad en het Zorginstituut Nederland. Paul Blokhuis stond overigens ook op de agenda van het NVFG congres, maar hij moest annuleren vanwege de staking van de boeren.’

Vergoeding
André Rouvoet, voorzitter van Zorgverzekeraars Nederland, ging in op de vergoeding van preventieve zorg. Zijn belangrijkste conclusie: ‘Preventieve zorg is nog veel complexer dan curatieve zorg.’ Rouvoet: ‘Als je nog niet weet dat je ziek wordt, waarom zou je dan nu investeren in preventie, bijvoorbeeld. Waar begint en houdt preventie op, en wie is er verantwoordelijk voor preventie: is dat eigen verantwoordelijkheid, de gemeente, overheid, zorgverzekeraar?’ Rouvoet, die over vier maanden afscheid neemt als voorzitter van ZN, had geen kant-en-klaar antwoord. Hij pleitte voor een Preventiefonds. ‘Voorkomen is natuurlijk altijd beter dan genezen’, besluit Kahraman. ‘Echter, bij ziekte de juiste behandeling inzetten, toegespitst op de persoon én de bekostiging meer richten op de uitkomst van behandelingen, helpt de gezondheidszorg betaalbaar te houden.’