26-01-2021

Sara McCabe over één jaar Code: ‘Opmaat naar meer’

Sara McCabe
‘De Code is zoveel méér dan het afvinken van een lijstje afspraken. Het beantwoordt een heel fundamentele vraag: hoe geven wij als geneesmiddelensector in de dagelijkse praktijk invulling aan onze maatschappelijke verantwoordelijkheid’, zegt Sara McCabe.

McCabe is General Manager bij Amgen Nederland en vanuit het bestuur van de Vereniging Innovatieve Geneesmiddelen (VIG) verantwoordelijk voor de implementatie en ontwikkeling van de Code. ‘Wat mij betreft is de Code leidend bij de manier waarop wij innovatieve behandelingen blijven ontwikkelen en beschikbaar maken voor patiënten.’

Op 24 januari is het precies een jaar geleden dat de VIG een maatschappelijke Code voor geneesmiddelenbedrijven lanceerde, met gezamenlijke afspraken over integriteit, transparantie, maatschappelijke verantwoordelijkheid en kwaliteit. McCabe kijkt terug op één jaar Code en blikt vooruit.

Een korte introductie. Wat is je betrokkenheid bij de Code?
‘In september 2020 ben ik toegetreden tot het bestuur van de VIG, waar ik het stokje overnam van mijn voorganger Marika Murto, die betrokken was bij de totstandkoming van de Code. Ik voelde direct een grote intrinsieke motivatie om dit thema op te pakken. Ik kom uit de Verenigde Staten en daar hebben we niet zoiets als een ethische code. Sterker nog, ik denk dat Nederland het eerste en enige land ter wereld is, dat in deze vorm – onder toezicht van een onafhankelijk Adviescollege - een maatschappelijke code heeft ontwikkeld voor de industrie.
Ik vind het een eer en een bijzondere uitdaging om hier verder aan te werken met onze leden en andere stakeholders, want het geeft antwoord op een heel fundamentele vraag: Why we do what we do. Ik geloof, kijkend naar de toekomst, dat ethisch handelen van bedrijven een cruciale, onderscheidende waarde zal zijn. De Code laat zien dat de sector zijn maatschappelijke verantwoordelijkheid neemt en wat onze gemeenschappelijke waarden zijn.’

We zijn nu een jaar verder sinds de lancering. Wat is er het afgelopen jaar gebeurd?
‘Uiteraard was het aanbieden van de Code aan minister Bruins een belangrijke mijlpaal voor onze sector. Achter de schermen is jaren hard gewerkt aan de voorbereiding ervan. De lancering was voor de VIG en zijn leden een bijzonder moment.
Maar ook het afgelopen jaar hebben we niet stilgezeten. Ik ben bijzonder trots dat alle leden van de VIG voor het eerst een zelfevaluatie – rapportage over de naleving van de Code - hebben uitgevoerd. Daarnaast is het onafhankelijke Adviescollege met Andre Rouvoet, Cathy van Beek en Koos van der Hoeven geïnstalleerd. Ik ben ontzettend blij met deze gekwalificeerde externe adviseurs. Zij hebben de self-assessments van de bedrijven geëvalueerd en hebben inmiddels hun eerste gevraagde en ongevraagde advies uitgebracht.’

En toen kwam corona…
‘…en stond de wereld op zijn kop. Iedereen moest plotseling schakelen en herprioriteren, maar overall denk ik dat corona ons als sector de kans heeft gegeven te laten zien dat we van onmisbare waarde zijn voor de gezondheidszorg. Nooit eerder zijn er zo snel en zo veel initiatieven opgezet, niet alleen gericht op het ontwikkelen van geneesmiddelen en vaccins tegen COVID-19, maar ook bij het voorkomen van medicijntekorten, het continueren van de reguliere zorg en bij de vele liefdadigheidsprojecten.
Uiteindelijk heeft corona wel voor wat vertraging gezorgd rondom de uitvoering van de Code. Zo zijn de bedrijfsbezoeken door de leden van het Adviescollege afgelopen jaar niet doorgegaan.’

De Code is een groeimodel. Op basis van ervaringen, dialoog en maatschappelijke ontwikkelingen krijgt de Code verder vorm. Welke thema’s zullen dit jaar van invloed zijn op de Code?
‘Ik denk bijvoorbeeld aan duurzaamheid, dat veel nadrukkelijker op de agenda’s staat bij bedrijven én overheid. Met het oog op corona, zijn gezondheid en veiligheid van medewerkers – uiteraard - een belangrijke prioriteit bij bedrijven en dat zal misschien ook meer aandacht krijgen in de Code. Andere thema’s zijn de beschikbaarheid van geneesmiddelen, onze rol in het doorontwikkelen van zorgpaden van patiënten en innovatie.’

Ben je tevreden met wat er is bereikt in een jaar?
‘Ik ben ontzettend blij met de inzet van de bedrijven om van de Code een meer actief, levend document te maken dat we ook kunnen inzetten naar buiten toe om onze missie om patiënten te helpen te ondersteunen. Daarbij ben ik dankbaar voor het werk dat het Adviescollege heeft afgeleverd in deze hectische tijd.
Maar een jaar Code betekent niet dat we er nu zijn. Op het moment dat je stopt met groeien, sta je eigenlijk stil. En dat betekent in mijn ogen dat je de toekomst negeert. Dus we moeten door, nu we hiermee gestart zijn. En daar mag je ons ook op aanspreken.’

Waar staan we op dit moment met de Code?
‘Het onafhankelijke Adviescollege onder leiding van André Rouvoet heeft inmiddels een eerste advies uitgebracht. Zij zullen hier in februari verslag over doen aan het bestuur van de VIG. Daarbij adviseert ze ook over mogelijke verbeteringen van de Code. Het bestuur kan de adviezen omzetten in wijzigingen van de Code, na goedkeuring van de Algemene Ledenvergadering. De nieuwe normering wordt weer meegenomen in de zelfevaluaties van de leden. En zo is de Code voortdurend in ontwikkeling.’

Bij de lancering van de Code was er ook kritiek. De Code zou niet ver genoeg gaan, als het gaat om bijvoorbeeld prijstransparantie. Begrijp je dat?
‘Ik begrijp heel goed waarom dit belangrijk is en we nemen dat ook serieus. Helaas kan ik er binnen deze context nog niet zoveel over zeggen, maar ik kan wel vertellen dat wij zelf advies aan het Adviescollege hebben gevraagd – in lijn met het verzoek van de minister - over mogelijkheden om de Code aan te passen met betrekking tot een aantal complexe onderwerpen, zoals een transparante prijsstructuur van geneesmiddelen, maatschappelijk verantwoorde medicijnprijzen en afstand doen van excessen. Het Adviescollege heeft onze vraag opgepakt, en heeft hier zelf onderzoek naar gedaan.
En vanuit een breder perspectief, geloof ik dat het bij dit soort kwesties belangrijk is, wat doe je met kritiek? Leg je het naast je neer of grijp je de kans om hier verder mee te gaan? En die kans wil ik pakken.’

Wat staat er voor 2021 op het programma?
‘De bedrijven gaan opnieuw aan de slag met de zelfevaluaties. Maar ik wil ze daarbij uitdagen om dat breder te trekken, naar een vorm van ‘storytelling’. De Code moet veel méér zijn dan een routine van het afvinken van een lijstje afspraken over normen en waarden. De Code is een instrument, maar het gaat veel meer om de verhalen erachter. Met krachtige verhalen kunnen we het Adviescollege en de wereld om ons heen laten zien hoe we de waarden van de Code toepassen in de praktijk. De vorm van zelfevaluatie die dit jaar door het Adviescollege wordt gevraagd, sluit daarbij aan.
Ik zie daar ook een belangrijke taak voor mezelf, om die verhalen op te gaan halen bij bedrijven, zodat het Adviescollege meer inzicht krijgt waar de bedrijven voor staan. Het Adviescollege heeft hier al een begin mee gemaakt en heeft de gemeenschappelijke thema’s en missies van alle bedrijven geïnventariseerd. Dan zie je dat we heel veel gemeenschappelijks delen. [red. zie afbeelding]
Ik heb veel ervaring in verandermanagement en transformatie. Daarbij is het belangrijk dat je in dialoog bent, dat je zichtbaar bent; Being on the microphone. Dat is één van mijn ambities in 2021.

Wanneer zit jouw taak erop? Wanneer ben jij tevreden?
‘Uiteindelijk is de Code nooit klaar. Dus in die zin is er geen eindpunt. Voor mij is het doel dat de Code zich continu blijft ontwikkelen, onder invloed van interne en externe factoren. En dat de Code echt tussen de oren komt bij de leden, een levend fundament waar iedereen aan participeert.

Online versie van de Code