24-05-2022

Terugblik VIG Talk: Nieuwe manieren van samenwerken tussen academische centra en bedrijven

Samenwerken hand schudden publiek privaat
©

Er is gebruik gemaakt van een algemene stock foto.

Webinars zijn in coronatijd een prima instrument gebleken om in korte tijd een flinke kennisupdate te geven. In de VIG Talks word je in een uur bijgepraat over actuele ontwikkelingen in de geneesmiddelensector. Op 19 mei ging het over nieuwe vormen van publiek-private samenwerking.

Onder leiding van moderator Gerard Schouw vertelden twee toonaangevende wetenschappers over nieuwe initiatieven waarvan zij de drijvende kracht zijn. Teun van Gelder (LUMC) ging in op de Leidse inspanningen op het gebied van academic pharma en Marc Bonten (UMCU) lichtte toe hoe het Europese onderzoeksnetwerk Ecraid een bijdrage levert aan het versnellen van klinisch onderzoek naar infectieziekten.

‘Fundamentele academische onderzoekers die nieuwe werkingsmechanismen of mogelijk werkzame stoffen – compounds - op het spoor komen, zijn vooral gericht op het schrijven van toppublicaties. Ze zijn niet zo gericht op het naar de markt brengen van een nieuw geneesmiddel of het ontwikkelen van een pijplijn’, zegt Teun van Gelder. Na het afronden van het project is het volgens Van Gelder niet vanzelfsprekend dat een andere groep in de academie het overneemt en de volgende stap in het ontwikkeltraject voortzet. Als ook de industrie niet geïnteresseerd is in een nieuwe compound, bestaat het risico dat een goed idee op de plank blijft liggen.

‘Dat is jammer, want zo bereikt een potentieel nuttig geneesmiddel de patiënt niet. Daarom willen wij binnen de academie zelf producten verder ontwikkelen en laten registreren. Een andere belangrijke motivatie is dat wij onszelf willen beschermen tegen prijsopdrijving. En als het gaat om grootschaliger productie, kunnen binnen licensing agreements prijsafspraken worden gemaakt met industriële partijen.’

Kennisuitwisseling

Teun van Gelder is internist-klinisch farmacoloog en hoogleraar geneesmiddelenontwikkeling bij het Leids Universitair Medisch Centrum (LUMC). Hij leidt het research thema Academic Pharma van het LUMC, en werkt nauw samen met het stimuleringsprogramma Translational Drug Discovery & Development-programma. Uiteraard ziet hij ook de nodige hobbels om van academic pharma een succes te maken. Zo is bij onderzoekers nog weinig bewustzijn van zaken als intellectueel eigendom en valorisatie.

Van Gelder: ‘Bij de registratie van geneesmiddelen moeten we aan dezelfde hoge eisen voldoen als de industrie. Omdat we met het opstellen van registratiedossiers nog weinig ervaring hebben, kunnen we veel leren van farma. Op dit moment werken we samen met het bedrijf InnoGenerics bij het laten registreren van drie geneesmiddelen. We hebben de Stichting Nationaal Farmaceutisch Kenniscentrum opgericht, dat zich richt op de uitwisseling van kennis en het ondersteunen van academische onderzoekers bij geneesmiddelenontwikkeling, niet alleen in Leiden maar in heel Nederland.’

Onderzoeksnetwerk

Marc Bonten is hoogleraar Moleculaire Epidemiologie van Infectieziekten bij het Universitair Medisch Centrum Utrecht (UMCU) en wetenschappelijk directeur van Ecraid. ‘Klinisch onderzoek naar infectieziekten is vaak te gefragmenteerd en te laat’, zegt hij. Bij de Mexicaanse griep bijvoorbeeld kwam er pas een vaccin op de markt toen de griep al voorbij was. Al in 2014 is het initiatief genomen om een onderzoeksnetwerk op te bouwen dat snel kan starten als zich een pandemie voordoet. Dit initiatief is uitgegroeid tot Ecraid, waaraan inmiddels een groot aantal bedrijven en ziekenhuizen meedoen. Bedrijven brengen nieuwe compounds in en betalen de studies. De ziekenhuizen doen de klinische studies.

Innovatie

De afgelopen jaren is in kaart gebracht welke infecties in welke ziekenhuizen het beste kunnen worden bestudeerd. Er zijn veel trainingen gegeven in Good Clinical Practice om de studies adequaat te kunnen uitvoeren. Er zijn innovaties doorgevoerd in het trial design (STAT-net). Bonten: ‘Door te werken met zogenaamde adaptive platforms hebben we tijdens de coronapandemie heel veel mogelijke behandelingen kunnen testen.’

Inmiddels doen ruim 1000 ziekenhuizen mee in ruim 40 landen. Het netwerk heeft de beschikking over tal van systemen die de operational excellence van het onderzoek versterken (CLIN-Net and LAB-Net) en is toegerust op het optimaal delen van epidemiologische data (EPI-net).

Dankzij het netwerk krijgen nieuwe middelen een kans die het anders soms niet gehaald zouden hebben. Bonten beschrijft een studie met een middel tegen Staphylococcus-bacteriën als voorbeeld, waarbij traditionele studies mislukten. ‘Ook voor bedrijven is Ecraid interessant’, aldus Bonten. ‘Via een centraal aanspreekpunt krijgen ze toegang tot het hele onderzoeksnetwerk en hoeven ze niet aparte contracten voor elke instelling af te sluiten. Klinische proeven kunnen dan bij alle aangesloten ziekenhuizen plaatsvinden.’ Bonten verwacht dat bij een nieuwe pandemie op deze manier snel kan worden onderzocht of experimentele geneesmiddelen effectief zijn tegen de pandemische bedreiging. ‘Hierdoor kunnen we sneller en gerichter werken, waardoor we mogelijk in staat zijn toekomstige pandemische infecties beter te bestrijden’, aldus Bonten tot slot.

Presentatie Teun van Gelder (PDF)

Presentatie Marc Bonten (PDF)

De volgende VIG Talk is op 9 juni en gaat over ‘Van data naar patiëntgerichte behandeling’.

Meld je aan!