Dat zegt Gerard Schouw, directeur Vereniging Innovatieve Geneesmiddelen, naar aanleiding van discussies over het afwijken van de aanbevolen vaccinatieschema’s. Onlangs maakten onder meer het Verenigd Koninkrijk en Denemarken bekend de tweede vaccinatie uit te stellen die nodig is bij het vaccin van Pfizer en BioNTech. Op die manier willen de landen meer mensen in korte tijd kunnen inenten. Andere landen zoals Duitsland en België lieten weten de optie te onderzoeken. Het College ter Beoordeling van Geneesmiddelen (CBG) raadt uitstel van de tweede dosis van de coronavaccins van Pfizer en Moderna juist af.
Wetenschappelijk bewijs
Schouw: ‘Het is van vitaal belang om het vertrouwen van het publiek in COVID-19-vaccinatie te behouden, op te bouwen en in stand te houden door beleidsbeslissingen te blijven nemen en te communiceren op basis van degelijk wetenschappelijk bewijs. Alleen dan kunnen we een einde maken aan deze pandemie.’
Klinische studies
In klinische studies met tienduizenden deelnemers is gebleken dat bijvoorbeeld het COVID-19-vaccin van Pfizer en BioNtech het beste werkt als de twee prikken worden gegeven met een tussenperiode van drie weken. Kortere of veel langere intervalperiodes zijn niet onderzocht.
Grote druk
Schouw: ‘We zien de enorme uitdagingen waarmee regeringen worden geconfronteerd om dringend iets te doen aan de enorme druk die de pandemie uitoefent op de gezondheidszorg, de samenleving en de economie. En we zien ook de dringende noodzaak om zoveel mogelijk mensen te bereiken met COVID-19 vaccins, maar we zijn tegen een aanpak die niet wordt ondersteund door de officiële toelating of gepubliceerde klinische data.’
Stick to evidence based
De VIG is blij dat de Nederlandse overheid deze lijn ook aanhoudt en zich baseert op wetenschappelijk bewijs, kritisch beoordeeld door het CBG. ‘Deze studies zijn er niet voor niks, evenmin als de strenge en strikte goedkeuringsprocedures van EMA en CBG. Ga hier niet mee rommelen. Stick to evidence based,’ besluit Schouw zijn pleidooi, waarmee hij aansluit bij oproepen van andere geneesmiddelenkoepels als EFPIA en IFPMA.
