Nieuwe technologieën en therapieën

ATM Ps

We leven in een tijdperk van grote wetenschappelijke en technologische vooruitgang. Moderne technologieën als gen- en celtherapie, artificial intelligence en nanotechnologie geven de zorgkwaliteit de komende jaren een enorme boost. Hierdoor kunnen we de komende jaren veel nieuwe geneesmiddelen ontwikkelen, ook voor aandoeningen waar nu nog geen effectieve behandeling voor is.

We zijn steeds beter in staat om de juiste behandeling, aan de juiste patiënt, op het juiste moment te geven. Ontwikkelingen in de moderne biologie leren ons bijvoorbeeld hoe ziektes ontstaan en verlopen. Zo weten we hoe tumoren ontstaan, hoe micro-organismen het lichaam ziek maken, welke reacties van het eigen immuunsysteem tot ziektes leiden en hoe eetpatronen invloed hebben op hart- en vaatziektes.

Artificial intelligence
Kunstmatige intelligentie zorgt voor versnelling en verbreding van het geneesmiddelonderzoek. Analyses van chemische structuren en data uit data- en patiëntbanken zullen bestaand onderzoek versnellen, nieuwe mogelijkheden scheppen en het mogelijk maken dat medicijnen eerder en met minder gegevens op de markt komen. Extra data zijn te genereren via vervolgonderzoek met gegevens uit reguliere behandelingen.

DNA en diagnostiek
Veel ziektes zijn een verzameling van verschillende onderliggende aandoeningen. Het klinische beeld is vaak wel hetzelfde, maar in het lichaam zijn verschillende oorzaken verantwoordelijk voor het ontstaan van de ziekte. Vaak ligt de oorzaak in het DNA van een patiënt. Elk van deze subgroepen van patiënten heeft een andere behandeling nodig. Voor een aantal aandoeningen is dan ook een scala van specifieke behandelingen ontwikkeld. Essentieel voor een juiste behandeling is een goede diagnostiek. Voorafgaand aan de behandeling wordt het DNA van de patiënt geanalyseerd. Alleen patiënten met een positieve ‘match’ krijgen daarna het medicijn. Dit leidt tot een effectievere behandeling, minder bijwerkingen en minder verspilling.

Nanotechnologie
Vaak is het lastig om het geneesmiddel op díe plek in het lichaam te krijgen waar het moet werken. Zo is het maag/darmkanaal voor veel biologische geneesmiddelen een onneembare hindernis. Met behulp van nanotechnologie zijn medicijnen naar een specifieke plek in het lichaam te sturen, waarna wel de tumor, maar niet de gezonde cellen worden aangepakt.

Ziektes stoppen
In de toekomst kunnen we een volgende stap nemen: geneesmiddelen ontwikkelen die het ziekteproces stoppen. Vooral voor ziektes die veroorzaakt worden door fouten in het DNA ligt een dergelijke oplossing in het verschiet. Via gentherapie worden cellen voorzien van een correcte versie van het DNA, waardoor de behandelde cellen in staat zijn te functioneren als een gezonde cel. Voor patiënten kan het betekenen dat de ziekte gestopt wordt en ze mogelijk zelfs genezen.

Volle pijplijn
Al deze nieuwe technologieën zorgen voor een veelbelovende pijplijn. Er zijn op dit moment ruim 15.000 potentiële geneesmiddelen in ontwikkeling, voor meer dan 1.400 verschillende ziektes. Kennis over de genetische en biochemische eigenschappen van patiënten heeft ons geleerd waarom niet elk geneesmiddel bij elke patiënt aanslaat. Het wordt mogelijk om voor iedere individuele patiënt een ‘genenpaspoort’ te ontwikkelen, waarmee artsen voor iedere patiënt een optimale dosis van een geneesmiddel kunnen bepalen.
Om al deze mogelijkheden optimaal te kunnen benutten, is wel aanpassing nodig van het huidige zorgmodel, dat op dit moment hier nog niet optimaal voor is ingericht.

Oplossingsrichting

  • Maak het Nederlandse zorgstelsel toekomstbestendig. Nieuwe gen- en celtherapieën en preventieve behandelingen hebben een enorme potentie. Daarop dient wet- en regelgeving te worden aangepast.
  • Verder is er een nieuw beoordelingssysteem nodig, om te kunnen bepalen of en hoe nieuwe therapieën onderdeel kunnen worden van het verzekerde pakket.
  • Ook rondom het gebruik van (patiënt)data nemen de toepassingsmogelijkheden snel toe. De zorg heeft behoefte aan duidelijke regels voor databeheer en de privacybescherming van patiënten. De FAIR Richtlijnen (Findable, Accessible, Interoperable, Reusable) kunnen hiervan een belangrijk onderdeel uitmaken.
  • Er dient meer ruimte te komen voor data-analyse en artificial intelligence. Ziekenhuizen kunnen meer inzetten op een nieuwe infrastructuur voor behandelingen met gen- en celtherapie.

Zie ook Personalised medicine

Lees in de brochure Cel- en gentherapie meer over ATMP's